Landen in het lijden en liefde

Er overvalt me een treurnis de laatste dagen. Verdriet, over het lijden waarmee wij mensen allemaal te maken hebben. En daarmee bedoel ik het lijden, van dat we niet willen lijden.

We willen niet lijden omdat we denken dit niet te kunnen. We denken niet te kunnen zijn bij de pijn en de leegte die ons menselijk bestaan met zich meebrengt. En omdat we denken dat niet te kunnen, blijven we ‘boven ons lijden hangen.’ Lichamelijk uit dat zich in een splitsing bij het middenrif. Onze energie blijft boven het middenrif. We landen niet meer in onze buik, in ons bekken. We landen niet meer thuis. Omdat dit ook de plek is waar verdriet huist. Pijn, radeloosheid. Opgeslagen pijn uit het verleden. We willen er niet meer mee in contact komen. We willen niet loslaten en landen in ons buikcentrum. En daardoor zijn we chronisch uit huis. Chronisch in een opgetrokken energie. Dit put ons uit.

De buik is ook de plek van liefde, zachtheid, warmte. Onze buik wil bewoond. En kunnen we ook gaan bewonen. We ontkomen er dan alleen niet aan om ook de pijn, het alleen zijn en de schrik die ons leven met zich meebrengt, onder ogen te komen. En precies daar ligt het cruciale punt: we denken dat niet te kunnen. Maar dat is niet waar.

Ja het is pijnlijk, rauw en alleen. Maar het is tegelijkertijd stromend. Zacht. Warm. En bovenal: het is thuis. Je bent thuis in je buikcentrum. En daar is zoveel tevredenheid, zoveel ‘nergens naartoe’. Daar is het goed. Daar kom je in contact met de basale goedheid die er altijd al is. Wat de omstandigheden ook zijn, hoe je jezelf ook aantreft.

Om thuis te komen, is moed nodig. Moed om los te laten, verdriet onder ogen te zien. Moed om los te komen van je voorwaartse drive of juist je terugtrekking uit de wereld. Moed om je identificatie met je baan, je partner, spiritualiteit, je kinderen, los te laten. Moed om in relatie te treden en de realiteit onder ogen te zien.

Maar ik zou niet anders willen, omdat het thuis is. Thuis bij hoe het allang is. En als je daar niet meer van weg hoeft, maar daar kunt landen, daar kunt zijn, dan kun je gaan leven. Gaan leven vanuit je basis. Gaan leven vanuit liefde, zachtheid en warmte.

Landen in je buikcentrum krijgt speciale aandacht in de cursus Gezonde Zelfliefde. Op 7 maart start weer een nieuwe cursus op zondagochtend. Wil je meedoen, wacht dan niet te lang. Cursussen zitten op dit moment snel vol vanwege een beperkt aantal deelnemers op 1,5 meter afstand.

Stilte

Psstt…heb jij het al gehoord?
Er is niets dat de stilte ooit verstoort.
Omdat alles ten diepste al stilte ís.
Het gefluit, het gehuil, de vreugde, het gemis.
Roerloos, puur, stralend en schoon.
Ja het is echt. Zo is het gewoon.
Het ‘ik’ doet ons geloven in een levensverhaal.
Maar we zijn stralende stilte. Wij allemaal.

Stop

Zijn er woorden te vinden voor de onmetelijke ruimte van je geest? Die ruimte waar liefde oneindig stroomt, zonder dat zij ergens start of eindigt? Zonder dat ze een doel heeft, of een bron? Dat zicht waarin iedereen alles is, en tegelijkertijd niets.

Het is de non-duale grond. Verlichting. Gewaarzijn. Het is het onuitputtelijke zingen van het grote hart. Van jouw hart. Mijn hart. Dat onvoorwaardelijke zingen is er al. Hier en nu.

Dus stop. Laat je dagelijkse doen aan zichzelf, en laat jezelf neer. Mediteer. Neem aan dat je al verlicht bént. Dompel jezelf onder in liefde die je nog niet ziet, nog niet voelt. Laat elke zoektocht naar een ervaring los, en ga er simpelweg vanuit dat het zo ís. Want het is zo. Je bent al verlicht. Je bent al vrij.

En iets in jou hoort dit, wéét dit. Ook al word je nog niet gespiegeld door ervaringen. Doe alsof het al zo is, en je voedt je verlichte hart, je verlichte essentie. Die ís er namelijk al. Altijd. En als je dit vertrouwt, dit voedt, zal je verlichte hart aan je verschijnen. Vroeg of laat. Wanneer je het verwacht, of juist helemaal niet. Want verlichting is niet te sturen, alleen te vertrouwen. 🙏

Ik zie ik zie

Ik zie ik zie wat jij niet ziet.
Het is er wel, het is er niet.
Het is de ruimte van je geest.
Ben je daar wel eens geweest?
Je weet het niet? Ik weet het wel.
Je bent er nu. Echt waar? Vertel.

Het is er ruim, oneindig ruim.
Het is er vrij, en het is jij.
Niets is er wat het lijkt.
Het is als nu, maar dan bevrijd.

Mediteren, waarom doe ik dat?

Ongeveer 10 jaar geleden begon ik met meditatie. Ik vond het verschrikkelijk. Ik kon nauwelijks blijven zitten, maar iets in mij wist: hier moet ik zijn. Dit is wat ik te doen heb. Ik kan niet 5 minuten stilzitten zonder uiterst onrustig te worden. Zo kan het leven niet bedoeld zijn, er is vast iets dat ik mis, iets waaraan ik voorbij loop.

Die intuïtie bleek loepzuiver. Want er is een onverwoestbare gronddimensie in ons. Gemaakt van liefde, stroming, zachtheid. Warm als de zon, en helder als de maan. Die dimensie is van niets afhankelijk, maar verschijnt als we onszelf los weken van alle plaatjes die we plakken op de werkelijkheid. Als ik dat zicht heb weet ik zeker: ja, zo is het leven bedoeld. Dit is wie ik werkelijk ben.

Vanuit die gronddimensie kun je je leven leren vormgeven, en dat is wat ik wil en doe. Dat is ieder moment opnieuw kiezen, en dag in dag uit oefenen. Want onze blik staat naar overleven, en onze overlevingsblik kan deze dimensie niet zien. Vanuit onze overlevingsblik kunnen we niet stilstaan. Stilstaan is gevaarlijk. Maar gelukkig is onze geest zo ruim, dat we hem kunnen trainen om de andere kant op te kijken. Die training van de geest, dat is voor mij meditatie.

Ik ervaar aan den lijve, en steeds meer, dat het echt mogelijk is vrij en verlicht te leven. Het is diep thuiskomen bij mezelf, in relatie met de mensen om mij heen. Ook jij hebt toegang tot deze poort naar onvoorwaardelijk geluk. Sterker nog, je bent ervan gemaakt. Ik wijs je graag de weg.

Mediteren – realistisch zijn

De herinnering om te gaan mediteren, vraagt om een gebaar van onze kant. We moeten een stap maken vanuit de mentaliteit van ons ‘ik’. Deze wending vraagt om inspanning, hoewel het uiteindelijk een inspanning is die zichzelf opheft.

Maar om een begin te maken, moeten we uit de mallemolen stappen, onszelf verzamelen en iets anders doen dan wat de logica van onze ‘ik-kramp’ kan bedenken. Het is realistisch om ervan uit te gaan dat deze inspanning altijd nodig blijft. We moeten op dit punt geen verlossingsgedachten hebben.

Het is aan ons om het schip te keren, onze houding elke keer opnieuw om te draaien en ons naar Zijn te wenden.

– Hans Knibbe, handboek Zijnsoriëntatie 2010

Wat is meditatie

Er zijn tegenwoordig veel meditatievormen. Ook in Zijnsoriëntatie werken we met meerdere meditatiestijlen. De stijl die ik zie als de ‘basis’, en die ik hier beschrijf, heet in het Tibetaans Boeddhisme shamatha. De term die we aan de school voor Zijnsoriëntatie gebruiken, is wakkerte meditatie. Het woord zegt het al: het vraagt je wakker te worden uit je droom. Een droom die je -onbewust en continu- met je gedachten creëert, en die je het zicht belemmert op de werkelijkheid.

meditatie in Eindhoven. Proefles altijd mogelijk.

 

Weefwerk van gedachten

In ons dagelijks leven weven we onze werkelijkheid aan elkaar, door een werkelijkheidsgehalte aan onze gedachten toe te kennen. Ons weefwerk is doorgaans de wereld waarin we leven. Dat wat je denkt, is ook echt aan de hand, en daar moet je iets mee. Dit gaat bijvoorbeeld als volgt:

Gedachte 1: ‘ik heb geen zin in die verjaardag van morgen’
Gedachte 2: ‘ik ga afzeggen, ik zie haar een andere keer wel weer.’
Gedachte 3: ‘of moet ik wellicht toch….’
Et cetera. 

Het weven is begonnen, door de eerste gedachte beet te pakken, en waar te maken. Dit proces vindt vrijwel continu plaats. Onze energie gaat uit naar onze gedachten, en daardoor missen we de natural ease van dit moment.

Training van de geest

In wakkertemeditatie, train je gedachten noch waar, noch onwaar te laten zijn. Je oefent om niet bezig te gaan met de inhoud van gedachten, maar de gedachten aan zichzelf te laten. Dit doe je door je aandacht te richten op de ademhaling in de buik, en niets te doen met gedachten die opkomen. In het begin zul je merken dat dit nauwelijks te doen is. Je komt erachter hoe druk je geest dag in dag uit bezig is, en hoe jij waarheid toekent aan de gedachtenwereld. Geen enkel probleem. De oefening is niet om minder te gaan denken. De oefening is om, steeds maar weer, je gedachten terug te brengen naar de ademhaling. Iedere keer dat je opmerkt dat je bent afgeleid. Je laat de gedachte onaf, en brengt jezelf liefdevol en vastbesloten, terug naar de adem. Dit is een groot gebaar.

Als je je gedachten laat komen en gaan, als wolken aan de open lucht, dan krijgt de werkelijkheid van nu -op een gegeven moment- kans om door te breken. Er komen gaten in het weefwerk, de zon kan door de wolken heen gaan schijnen. Hiermee komt ruimte voor straling, rust, helderheid, tevredenheid. Wonderbaarlijk genoeg lossen vele gedachten spontaan op. Het probleem is verdwenen!  Of misschien komt spontaan het antwoord. Of misschien gebeurt er helemaal niets…hoe het ook zij, je ontspant omdat je energie niet meer uitgaat naar het weefwerk, niet meer opgetrokken is. Je energie kan dalen. Je geest vloeit terug naar de kern. Je brengt de geest thuis.

LOSLATEN

Dat is de oefening, die op zichzelf niet zo lastig is. Het lastige is, dat we ontzettend gehecht zijn aan onze werkelijkheidsweverij. Ik denk dat dit komt omdat ze ons weghouden van de oncontroleerbaarheid van dit moment. Of zoals de Boeddhistische leraar Chögyam Trungpa zegt: een heleboel problemen die zich met meditatie voordoen, hebben te maken met de angst voor het onbekende (1). Want wat blijft erover, als we onze gedachten niet waar maken? Je kunt misschien intuïtief wel aanvoelen, dat dit voor onze dagelijkse geest, die graag controle houdt, beangstigend is.

Meditatie is  loslaten. Je zet haaks gedrag op iets dat je al je hele leven, onbewust doet. Je zegt tegen je gedachten: ik volg jullie niet. Ik volg een ander spoor, waarvan ik nog niet weet waar het uitkomt. Daar is moed voor nodig. Dat is controle loslaten, en vertrouwen. Als je die bereidheid steeds weer hebt, zal de onbeschreven, sprankelende en liefdevolle werkelijkheid van nu, op een gegeven moment zichtbaar voor je worden, en wakker worden in jou. En dan weet elke cel in jou: ik ben thuis.

(1) Trungpa, het pad is het doel, 2005